Op 16 oktober j.l. verscheen een artikel (Nederlands Dagblad) over de pleegzorg en het niet gericht werven van gezinnen met een andere achtergrond. De helft van de pleegzorginstellingen werft niet gericht ouders met een specifieke etnisch-culturele of religieuze achtergrond. Wel is er nog steeds een tekort aan dergelijke pleeggezinnen.
“Er is een groot tekort aan islamitische pleegouders”, kopte ook de NOS in 2013. Een citaat van Jeugdzorg Nederland als reactie op de commotie in Turkije toen een Turks-Nederlandse jongen bij een lesbisch stel in Den Haag geplaatst werd.
Gelijkgestemd is beter?
Uit onderzoek is niet bekend of pleegkinderen het per se beter doen in een pleeggezin met dezelfde etnisch-culturele achtergrond. En ook niet wat de effecten hiervan zijn op langere termijn. Toch geven veel instellingen er de voorkeur aan om een kind te plaatsen bij een gelijkgestemd gezin. Het lijkt dat de overgang voor de kinderen iets makkelijker is als zij in een gezin terechtkomen met een gelijkwaardige levensovertuiging en waarden als hun ouders.
Maatschappelijke uitdaging
Ik denk dat hier meer over te zeggen valt. Ik voer veel gesprekken met mensen die overwegen een gezinshuis te starten. Het thema “culturele achtergrond en matching” is soms tenenkrommend. Enerzijds kom ik nogal wat aanhangers van bovenstaande hokjesdenken tegen, een kind plaats je in een gelijkgestemd gezin. En ik zie veel aanpassingsdenken; een kind moeten zich aanpassen aan het nieuwe gezin (en niet andersom).
We komen er steeds meer achter dat het anders is en anders moet. Gezinshuizen zijn sociale oplossingen voor grote maatschappelijke uitdagingen. Sociale oplossingen waarin samen leven met kinderen die wezenlijk anders zijn centraal staat.
Op het scherpst van de snede gaat het er in onze tijd om niet rigide in hokjes te denken. We kunnen met kracht anderen (kinderen) in het verlengde van ons eigen leven kansen geven. Met passie, kennis en kunde. Juist kinderen met een andere gezindte, met een andere culturele achtergrond. Waar we samen leven groeit de tolerantie…
Jezelf ontmoeten in de ander
Dat ervaren onze gezinshuisouders dagelijks in het eigen leven. Door het samen leven met kinderen met een andere achtergrond (niet alleen cultureel, maar ook uit achterbuurten of gezinnen met uitgesproken opvattingen). Op het scherpst van de snede gaat het dan om de interactie die kan groeien tot verbinding. En de ervaring leert dat dat met strijd gaat; strijd met de jongere maar ook strijd met eigen onbewuste opvattingen en ingeslepen patronen. Daar waar strijd is, daar waar het schuurt, kan ook liefde groeien. Daar kan tolerantie ontstaan en verder groeien.
Je moet de ander ontmoeten, ook als die zo wezenlijk van jezelf verschilt. En daarmee ontmoet je de ander in jezelf.